Titel
Vlinders in de tuin
Beschrijving
Afbeelding
Vlinders zijn een lust voor het oog. Ze zorgen voor een luchtig sfeertje in de tuin. En ze zijn een onmisbare schakel in de voedselketen. Ze leiden een bijzonder leventje: van eitje, als rups en pop tot volwassen vlinder. En dan komen er weer eitjes. Omdat ze niet steken of bijten, kan je met een gerust hart een vlindertuin aanleggen.
Vlinders lok je met plekjes om te zonnebaden
Vlinders zitten graag in de zon en uit de wind. Ze hebben de zonnewarmte nodig om te vliegen want ze kunnen zichzelf niet warm houden.
En met vlinderplanten. Want vlinders drinken nectar die ze zoeken in bloemen zoals de vlinderstruik (Buddleja), ijzerhard (Verbena bonariensis), damastbloem (Hesperis spectabile), hemelsleutel (Sedum spectabile), koninginnenkruid (Eupatorium), lavendel, muurbloem (Erysimum), enkelbloemige afrikaantjes of asters. Zelfs al staat er maar 1 nectarplant, de tuin wordt een vlindercafé. Ze komen langs, drinken en gaan weer verder.
Er zijn 160.000 beschreven soorten van vlinders
Wie vlinders grondig wil bestuderen, weet dus wat doen. De studie van vlinders wordt aangeduid met een bijzonder moeilijk woord: lepidopterologie. De beoefenaar van deze studie heet een lepidopterist.
Een vlinder laat haar eitjes niet zomaar ergens achter
De keuze valt op waardplanten, waar de rups (dat is de larve die uit het ei komt) graag van eet. En omdat de rupsen kieskeurig zijn, moet de vlinder op zoek naar de juiste plant. Vaak zijn het wilde planten die als waardplant dienen (brandnetel, kruiskruid), sommige tuinplanten voldoen ook zoals klimop, hulst, vuilboom of de groenten in de moestuin.
De rupsen zijn (jammer genoeg) ontzettend vraatzuchtig, ze kunnen grote schade aanrichten. Sommige soorten hebben brandharen en kunnen allergische reacties veroorzaken, denk aan de processierups. Een rups vervelt 5 keer of meer en gaat dan over in een ‘stille’ fase, de verpopping. De rups spint zichzelf in een cocon, de pop.
Een pop is meestal subtiel ergens vastgekleefd, kan zich niet bewegen en lijkt op een takje of een dood blad. De pop verandert niet meteen in een vlinder, het kan tot 8 dagen duren of 4 jaar (sommige soorten).
De vlinder zelf leeft niet zo lang, van enkele dagen tot weken. De exemplaren die overwinteren, hebben meer geluk.
Maak een rommelig hoekje in de tuin
Om tijdens de winter de overlevingskans voor vlinders hoog te houden, mag de tuin niet te schoongeveegd zijn. Overwinterende vlinders zoeken beschutting onderaan een afdak of tussen paaltjes. De rupsen en poppen gaan schuil tussen beplanting of onder afgevallen blad.
Wist je dat?
Lang geleden werden vlinders ook wel “kapellen” genoemd. Misschien is die term in jouw streek ook nog in gebruik. Kapel is afgeleid van het Latijnse capella of mantel.