Titel
Vogels voeren
Geschreven op
Beschrijving
In de tuin kan je nu niet veel meer doen dan een vogelrestaurant draaiende houden.
Afbeelding
Hou je vogelrestaurant draaiende!
In de koudste tijd van het jaar kost het vogels veel moeite om hun kostje bij elkaar te scharrelen. Wil je ze voeren, doe dat op een vast moment van de dag. Dan zitten ze verscholen in de tuin te wachten op het lekkers dat gaat komen.
De lichaamstemperatuur van vogels ligt gevoelig hoger dan de onze: 40°C of meer. Om die temperatuur op peil te houden, verbruiken ze in de winter snel hun vetreserves. De enige manier om dat te compenseren, is voldoende te eten.
Kleine vogels hebben per dag een kwart van hun lichaamsgewicht aan voedsel nodig. Een merel eet brood, kaasrestjes zonder korst, fruit, schillen en klokhuizen, bessen en etensresten (zoals rijst of aardappelen zonder zout). Een roodborstje verkiest een zadenmengsel, broodkruimels, ongekookte havermout of meelwormen. Mezen, vinken en huismussen doe je plezier met zonnebloempitten, vogelzaad of pindaslingers. Ze verkiezen te eten op een voedertafel of in een voederhuisje dat opgehangen is in een boom of struik.
Vogelvoer & drinkwater
Strooi het voer uit voor de merels en de roodborst of hang het op in een voedersilo zodat het droog blijft en de vogels er de hele dag bij kunnen. Ook broodkruimels en kaas zonder korst worden met smaak gegeten. Een paar appeltjes geven extra vitamines en vocht. Vetbolletjes leveren veel energie. Let er op dat de vogels hun drinkbak bij vorst niet als badplaats gebruiken. Dek de schaal dan tijdelijk af met een gaas.
Schoon helder drinkwater is ook belangrijk. Voorkom wel dat de vogels erin gaan baden door er een grof gaas overheen te spannen.