Titel
Zo plant je een nieuwe boom
Beschrijving
Afbeelding
Een boom plant je best tussen begin november en eind maart. Dan zijn ze in winterrust. Koop een gezonde plant en controleer de toestand van de wortelkluit (niet te nat of te droog). In het najaar worden bomen aangeboden met naakte wortel. Plant ze na de aankoop zo snel mogelijk om schade door uitdroging te vermijden.
Zet geen bomen als de grond te nat is. De bomen groeien deze periode immers niet en de wortels rotten dan snel weg. Plant ook niet als het vriest, het is niet zo fijn om dan te graven en de jonge planten kunnen dan geen water opnemen. Containerplanten kan je in principe het hele jaar door aankopen en planten, toch blijft het ideale moment de winter.
Succes in 10 stappen
Respecteer de afstand tot de buren
Kies voor de boom een plaats op minstens 2 meter van de grens met je buren. Ook al mag het wat hen betreft dichterbij, je huidige buren blijven niet noodzakelijk je buren voor het leven.
Controleer hoe groot de wortelkluit is
Haal de boom uit zijn pot of verpakking en bekijk de wortelkluit. Spreid de wortels van de bomen wat uit. Schat in hoe groot het plantgat moet zijn. Het gat waar je de boom wil planten dient 2x zo breed te zijn als de kluit van de boom.
Graaf een ruim plantgat
Een ruim gegraven plantgat heeft het voordeel dat in zware kleirijke gronden de wortels ver genoeg en vlotjes kunnen uitgroeien. Maak de grond van de bodem en wanden van het plantgat dus goed los zodat wortels er snel hun weg vinden.
Plant op de juiste plantdiepte
Zet de boom in het plantgat en controleer of de plant even diep staat als in zijn pot. Of kijk naar de plek waar de stam verdikt naar de wortels toe. Zo diep moet je planten. Als een boom te diep geplant wordt, krijgen de wortels minder lucht.
Geef planten water voor je ze plant
Bomen met een naakte wortel zet je 30 minuten in een emmer met water. Containerplanten geef je een stevige portie water voor je ze uit de pot haalt. Zet de boom vervolgens recht in het plantgat en spreid zijn wortels. Zit de wortel in een doek of draadnet dien je dit eerst te verwijderen.
Zet de boom vast
Plant een paal in een hoek van 45 graden, op 30 cm van de stam. Vermijd de wortelkluit en kijk naar de windrichting. De punt van de paal die in de grond gaat, wijst naar de meest voorkomende windrichting (zuidwestzijde van de boom). Bind daarna de boom vast aan de paal met binddraad of boomband (in 8-vorm). Controleer de komende weken of die band niet te los of de strak komt te zitten naargelang de boom zich vast zet in de grond. De boompaal mag na ongeveer 5 jaar weggehaald worden.
Opvullen met uitgegraven grond
Plaats de boom en bekijk rustig langs alle kanten of de boom recht staat én met zijn mooiste kant gericht is naar de plek vanwaar je de boom het meest bekijkt. Vul het plantgat met de uitgegraven grond of nog beter, met 9 delen grond en 1 deel compost. Schep kleine porties aarde tussen en rond de wortels zodat er geen luchtgaten ontstaan. Schud en beweeg de boom een paar keer zodat de grond zich goed tussen de wortels kan verspreiden.
Aandrukken en water geven
Trap met je voet de losse aarde rond de stam licht aan zodat de boom stevig staat. Overdrijf niet met aanstampen. Maak rond de boom, op een halve meter van de stam, met aarde een gietrand zodat het water dat je geeft rechtstreeks naar de boom loopt. Geef een grote gieter water en richt de straal helemaal rond de stam.
Bedek de grond van het plantgat
Mulchen heet dat. Leg een dikke laag van beschermend materiaal (10 tot 15 cm) over de naakte grond van het plantgat. Dat beschermt de grond tegen uitdrogen en snelgroeiende onkruiden. Leg de laag niet tot tegen de stam zelf. Gebruik hiervoor bij voorkeur compost uit eigen tuin.
Nazorg
Vergeet niet om de volgende zomer, in droge periodes, de plant water te geven. De boom staat nog maar een half jaar op zijn plaats, de beworteling is nog niet voldoende verspreid om zelf voldoende water te gaan halen. Droogtestress is meest voorkomende probleem bij pas geplante bomen. Hun wortelsysteem moet op gang komen en dat duurt een poosje. Denk er dus aan om de boom water te geven, bij droog weer of schrale wind. Houd de boomspiegel onkruidvrij gedurende de eerste jaren, zo gaat het regenwater recht naar de jonge wortels en niet naar onkruiden. Leg elk jaar een nieuwe mulchlaag, indien nodig.